214 19 September 1891. voor liet weduwen- en weezenfonds van den leeraar Dr. J. D. R. SchefFer voornoemd. Aan alle deze ontwerp-besluiten wordt zonder bedenking goedkeuring verleend. 5°. Missive van de commissie voor de gemeente-reiniging alhier, dato 12 September 1891, te kennen gevende, dat ten einde den verkoop van opgehaalde meststoffenspeciaal faecaliën, te bevorderenonderhandelingen zijn aangeknoopt met de Zuid-Nederlandsche Tramwegmaatschappij, tot het ver krijgen van eene aansluiting der mestvaalt met de hoofd lijnen van die maatschappij, waardoor het mogelijk wordt den mest op verderen afstand van de gemeente te vervoeren en alzoo een grooteren afzet te verkrijgen; dat, afgescheiden van de vraag, of de eenheidsprijs daardooi zal verhoogen, het geraden toeschijnt een grooter débouché te zoeken om de steeds stijgende hoeveelheid behoorlijk aan den man te brengendat de onderhandelingen tot aansluiting aan de tramlijn hebben geleid tot het opmaken van eene concept overeenkomst, welke wordt aangeboden; met verzoek zoo spoedig mogelijk machtiging te verleenen tot het sluiten dier overeenkomst. Na lezing dezer missive wordt ook de voorbedoelde over eenkomst voorgelezen. De voorzittei' viaagt, of de Raad z.cli bij machte rekent een besluit te nemen? De heer Heijlaerts acht de zaak duidelijk en ziet niet in, dat bij het ter visie leggen der stukken veel zal gewonnen worden. De winter nadert, en hoe eer de zaak in orde zal gebracht zijn hoe voordeeliger dit wezen zal. De heer Pels RijckeD begrijpt wel, dat een lid der com missie de zaak duidelijk is, maar voor zich heeft spreker het voorgelezene niet genoeg kunnen volgen om voldoende te zijn ingelicht. Spreker geeft derhalve in overweging de stukken te laten circuleeren. De heer Van Hal zou den Heer Pels Rijcken wel willen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 214