220 19 September 1891. «zich wegens de nabijheid van het politiebureau daartoe «bijzonder aanbeveelt. «Deze zaak zal evenwel nader door burgemeester en wet- «houders in overleg met de concessionarissen moeten worden «geregeld. «Wenschelijk komt het ons voor, dat worde geregeld wat «door nachtdienst wordt verstaanen is daarom bij art. 13 «gevoegd ««door nachtdienst wordt verstaan van des avonds negen ««uien tot den daaropvolgenden morgen acht uren." «Ten einde bij het eventueel aanleggen van intercommu- «nale telephoonlijnen de handen vrij te hebbenwordt «voorgesteld een nieuw artikel 20, luiderde als volgt: »»De intercommunale telephonie zal bij nader Raadsbesluit ««geregeld worden. De tarieven zullen alsdan niet hooger mogen zijn dan de laagst bekende hier te lande." «In verband daarmede wordt art. 20 art. 21. «Blijkens de stukken zijn twee aanvragen bij den Raad «ingekomen tot het aanleggen van een telephoonnet en wel «van den heer F. C. Zuijderhoudt te St. Ar.na bij Nijmegen «en van de heeren Ribbink, Van Bork C°. te Amsterdam. «De vraag is, wie van de twee verzoekers de meeste «waarborgen aanbiedt, dat eene eventueele concessie op «deugdelijke wijze zal worden uitgevoerd. «Het antwoord op die vraag is, naar ons oordeel, niet «moeielijk. «Van den eerste is ons niets bekend, terwijl de tweede «reeds telephoonlijnen hebben aangelegd en in exploitatie «gebracht te 's-Bosch, Leeuwarden, Leiden. Tilburg en «Middelburg en mogelijk nog op andere, ons evenwel niet «bekende plaatsen. «Het is zeer wel mogelijk, dat de heer Zuijderhoudt tot «eene goede uitvoering van de concessie in staat is, maar «eenige zekerheid dat dit inderdaad het geval zal zijn, «heeft de gemeente niet. «Ook de omstandigheid dat de heeren Ribbink, Van «Bork C°. concessionarissen te 's-Bosch, Tilburg en

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 220