10 October 1891. 235 De heer Rombouts verklaart met dat voorstel niet te kunnen meegaan, als niet het dagelijksch bestuur de ver zekering geeft, dat daardoor niet zal vertraagd worden, de voltooiing van het Park door Rosseels. Vervolgens brengt de voorzitter het voorstel van den heer Pels Rijcken in stemming, waarvan de uitslag is, dat dit wordt aangenomen met 17 tegen 2 stemmen. Vóór waren de heeren Vreede, Heijlaerts, Pels Rijcken, De Bont, Sassen, Smits, Guljé, Van Aken, Teychiné, Backer, Van Hal, Klep, Van Dongen, De Booy, Van Dam, Van Mierlo en de voorzitter. Tegen de heeren Rombouts en Nelissen. Door aanneming van dit voorstelis het te geven antwoord aan het verzoekend bestuur bepaald. 5°. Adres van de bewoners der Ridderstraat, Eindstraat en Halstraat alhier, dato September 1891, te kennen gevende, dat er zich in hunne onmiddellijke omgeving bergplaatsen van de Firma Eisen Zn. bevinden, waarin brandgevaarlijke en ontplofbare stoffen aanwezig zijndat het belang der geheele gemeente hierbij betrokken is, omdat er zich in hetzelfde blok huizen twee scholen en onder wijzerswoning bevindenmet verzoek middelen te willen beramendat in dien onhoudbaren en zeer gevaarlijken toestand verandering gebracht worde. De voorzitter kan zich niet herinneren, dat zoo oud hij is de voormelde bergplaatsen ooit aanleiding gegeven hebben, tot het nemen van bijzondere maatregelen, en stelt voor het adres tot onderzoek in handen te stellen van burgemeester en wethou ders, waartoe besloten wordt. 6°. Adres van dr. II. van Gelder, leeraar aan het Gymnasium alhier, dato 26 September 1891, verzoekende

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 235