5 December 1891.
Tegenwoordig de heerenVan Hal, Teychiné, Backer,
Klep, Van Dongen, De Booy, Van Dam, Van Mierlo,
Vreede, Heijlaerts, Rombouts, Pels Rijcken, De
Bont, Nelissen, Sassen, Guljé, Smits en De Man,
voorzitter.
Afwezig de heer J. A. van Ake|.
De notulen van het verhandelde in de vergadering van
den 24sten October 1891 worden gelezen en goedgekeurd.
De voorzitter laat lezing geven van een schrijven van
den heer J. A. van Aken, waarin deze kennis geeft, dat hij
door ongesteldheid belet is de vergadering bij te wonen;
waarop de voorzitter voorsteltnamens den Raadnaar den
toestand van den heer Van Aken te laten informeeren.
Hiertoe besloten zijnde, deelt de voorzitter eenige
oogenbhkken later mededat de toestand van den
heer Van Aken bevredigend is en deze den Raad
zijn dank laat betuigen voor de betoonde belang
stelling.
Alsnu stelt de voorzitter aan de orde
A. 1. Herstemming over het voorstel tot het ter visie
leggen van het rapport-scheepvaartkanaal, waarover in de
vorige vergadering de stemmen gestaakt hebben.
18