30 December 1891.
355
c. op 21 December 1891, van het onderhoud der gemeente
werken, dienst 1892, waarvan aannemer is geworden J. A
Willemse, voor 4°/0 beneden het tarief;
11op 21 December 1891, van de levering der benoodigde
drukwerken, dienst 1892, waarvan aannemer is geworden
H. Engeibregt, voor 37°/0 beneden het tarief.
Wordt voor kennisgeving aangenomen.
2°. Door den heer Van Mierlo wordt gelezen het volgend
rapport
»De commissie uitmakende het bestuur van het pensioen
sfonds der gemeente Breda, in wier handen ter fine van
«advies is gesteld een schriftelijk voorstel van het raadslid
»De Booy en een mondeling voorstel van het raadslid
«Rombouts, tot nadere wijzigingen in de daarop betrekkelijke
verordening,
»heett de eer daarop te rapporteeren
»1°. Wat betreft het voorstel De Booy.
«Dat voorstel strekt:
»a. om in artikel 1 dier verordening in te lasschendat
»alle daarin genoemde ambtenaren vóór hunne aanstelling
sten genoege van burgemeester en wethouders het bewijs
zullen hebben te leveren, dat zij vrij zijn van ziels- en
nlichaamsgebreken en volkomen geschikt voor de aanvaar-
»ding hunner bediening.
«Het komt der commissie voor, dat zoodanige bepaling,
»zoo noodig en uitvoerbaar, te pas zoude kunnen komen in
«eene verordening op de benoeming van ambtenaren, maar
»niet te huis behoort in eene pensioens-verordening.
»De commissie zegt uitvoerbaar, daar het toch zeker is,
»dat de eischeu voor de verschillende ambtenaren nog al
«uiteen zouden loopen en het derhalve doelmatigst voorkomt,
»dit over te laten aan degenen, die de benoeming doen,
»die natuurlijk moeten trachten door alle middelen onder
»hun bereik den geschikten persoon voor de opengevallen
«betrekking te kiezen.
