11 April 1891. 43 spreker in de koopvoorwaarden wer.schen te zien opgenomen, dat de grond alleen voor brandgang gebruikt en alzoo niet bebouwd mag worden. De heer Van Hal zegt, dat het verplaatsen der heining op kosten van Concordia zal moeten geschieden. Vervolgens brengt de voorzitter in stemming, of aan de vereeniging Concordia de gevraagde grond in koop zal worden afgestaanberekend naar den vroegeren prijs, en mede onder voorwaarde, dat die grond tot geen ander doel dan voor brandgang mag gebruikt wordenwaarvan de uitslag isdat tot den verkoop van dien grond met '13 tegen 4 stemmen besloten wordt. Vóór waren de heeren Van Dam, Heijlaerts, Van Hal, Backer, Teychiné, Vreede, Van Mierlo, Guljé, Van Aken, Nelissen, Smits, Pels Rijcken en de voorzitter. Tegen de heeren Rombouts, De Booy, Van Dongen en Klep. Voorts wordt verklaard, dat de af te stane grond niet meer voor den openbaren dienst bestemd is. 12°. Adres van Josephus Vlamings, zonder beroep, wonende te Breda, dato 9 Maart 1891, te kennen gevende, dat hij voornemens is de beide oude woningen, staande en gelegen aan de Verlengde Sophiastraat, sectie B, n°. 3728, te sloopen en nieuwe gebouwen daarvoor in de plaats te stichten, met verzoek hem in koop af te staan den grond gelegen binnen de rooilijnwaardoor een beter bouwterrein verkregen wordt. De voorzitter vraagt, of de Raad zich kan vereenigen met het verzoek? Niemand der leden het woord verlangende, wordt besloten aan Josephus Vlamings, onderhands in eigen dom af te staan, een ongenummerd gedeelte ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1891 | | pagina 43