16 Mei 1891.
57
b. dato 23 April 1891, G,n°. 3/3, om in de begrooting
voor 1890 af te schrijven van Hoofdstuk III, art. 6g,
3500 en die som over te schrijven op Hoofdstuk V,
art. 4J;
c. dato 23 April 1891, G, n". 3/3, om in de begrooting
voor 1890 af te schrijven van Hoofdstuk III, art. 6g,
1213,47 en die som over te schrijven op Hoofdstuk VI,
afd. 1art. 9
d. dato 23 April 1891G, n°. 3/3, om in de begrooting
voor 1890 af te schrijven van Hoofdstuk III, art. 1, ƒ66,69
en die som over te schrijven op Hoofdstuk III, art. 3;
e. dato 23 April 1891, G, n°. 3/3, om in de begrooting
voor 1890 af te schrijven van Hoofdstuk VII, art. 8, 676
en die som over te schrijven op Hoofdstuk V, art. 4;
dato 23 April 1891, G, n°. 3/3> om in de begrooting
voor 1891 toe te voegen aan Hoofdstuk IV, art, 4c, ont
vangsten 50,52, en gelijk bedrag aan Hoofdstuk VI, afd. 1
art. 16g, uitgaven;
g. dato 23 April 1891, G, n°. 3/3, om in de begrooting
voor 1891 toe te voegen aan Hoofdstuk IV, art. 4S, ƒ362,50,
ontvangsten, en gelijk bedrag aan Hoofdstuk VI, afd. 1,
art. 17^ uitgaven;
li. dato 23 April 1891, G, n°. 3/3, om in de begrooting
voor 1891 toe te voegen aan Hoofdstuk IV, art. 4a, ont
vangsten, 2165,64 en gelijk bedrag aan Hoofdstuk VI,
afd. 1, art. 17e, uitgaven;
ten tweede:
a. tot den onderhandschen verkoop van ruim 25 centi
aren grond aan de vereeniging »Concordia" voor de som
van 77,56;
b. tot den onderhandschen verkoop van ongeveer 20
centiaren grond aan J. Vlamings voor de som van ƒ100;
