179 De heer Sassen gelooft met den heer Van Mierlo dat ook elders het gebruik niet bestaat. Nu worden van tijd tot tijd enkele panden nagezien, en dit kan geschieden zoo dikwijls een lid zulks verlangt. Boven dien er moet toch eenig vertrouwen zijn. Spreker is tegen het opmaken jaarlijks van een inventaris en acht liet voldoende dat de commissie zich ver zekert van liet aanwezig zijn der panden. De heer Heijlaerts wijst op de dubbele controle die bestaat, namelijk eerstens de commissie en dan nog burgemeester en wethouders. De heer Sassen zegt, dat het idéé van den heer Rombouts goed is, daar waar geen commissie bestaat. Hier wordt altijd aan gecontroleerd. Ook ontstaan weldra veranderingen in den inventaris. De heer Kom bouts antwoordt, dat het door hem geopperde bestaat te Leiden. Wat nu te Leiden mogelijk is, kan ook hier geschieden. Ook een koop man maakt wel een inventaris, waar veranderingen in kunnen komen. Was er jaarlijks een inventaris opgemaakt geworden, dan zou het feit met den vroegeren directeur Janssen niet zijn voorgevallen. En mocht het werk voor de commissie te bezwarend zijn, dan kon een controleur benoemd worden. De heer Pels Rdcken vraagt wat het practisch resultaat der discussie zal zijn, en of er een voorstel is. De heer Rombouts antwoordt bevestigend, namelijk dat door hem gedaan en waarover de discussie loopt. De heer De Bood ondersteunt dat voorstel.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 179