182
wordt verzuimd aan te geven waarin de veroudering
daarvan bestaat, tot dusver ook geen aanleiding ge
geven hebben tot moeielijkheden. Voor zoover verlangd
wordt, dat de benoeming van den marktmeester zal
geschieden door den Raad, daaromtrent kan spreker,
namens burgemeester en wethouders, verklaren, dat
zij gaarne die benoeming aan den Raad overlaten.
De heer De Boojj antwoordt, dat door hem thans
niet in discussie kan worden getreden, omdat het
punt niet aan de orde is, maar dat door hem zal
afgewacht worden, of het punt op de eerstvolgende
agenda zal voorkomen.
Verder wordt dit onderwerp niet besproken.
De tweede vraag, die de heer De Booij wenseht
te doen, is of burgemeester en wethouders ter ge
legenheid van de aanstaande kermis rekening zullen
houden met de elders heerschende pokken-epidemie.
Z. i. behooren burgemeester en wethouders zich te
vergewissen vanwaar de kramers en dergelijke per
sonen komen.
De voorzitter antwoordt, dat de heer De Booij thans
te laat komt, daar dit punt reeds in de vergadering
van burgemeester en wethouders besproken is.
Na een dankwoord van den heer De Booij zegt de
lieer Heijlaerts, dat de heer De Booij niet zoo geheel'
ongelijk heeft met het ter sprake brengen van dit
onderwerp. De kermisreizigers, komende uit besmette
plaatsen, kunnen wel degelijk alhier de pokziekte
overbrengen. Met llinke, geen laxe voorzorgsmaat
regelen moet daartegen door burgemeester en wet-