21)0
«Johannes Schets eene transactie aan te gaan, waarbij
»èn geëindigd wordt de aanhangige procedure èn
»de schadevergoeding geregeld wordt, die hem als
«pachter toekomt, omdat hij het genot niet hebben
«kon van hetgeen hem verpacht was.
»Die transactie nu is tot stand te brengen door
«toekenning aan den pachter Schets eener som van
«honderd gulden en het betalen der kosten.
Het volgende is alzoo te betalen
a. Aan den pachter J. Schets f 100.
h. mr. W. Ingen-Housz, vervan
gende mr. Th. Matiion, oecu-
peerende voor den eischer
Schets- 339.55
c. mr. H. A. van Mens, occu-
peerende voor de gemeente
Breda- 221,90
d. mr. A. J. M. Smits, occu-
peerende voor den gedaagde
G. van Unnik - 461,60
e. den ontvanger der registratie
te Breda voor in debet gestelde
registratie-rechten - 7,20
f. mr. A. J. M. Smits, voor
laatste kosten (avenir en ter
rolle blijven) - 17,58
Samen f 847.83.
«De rekeningen b, c en d zijn door den voorzitter
«der rechtbank te Breda goedgekeurd.
«Mitsdien wordt machtiging gevraagd om in de
«begrooting voor den dienst van 1892 de voorschreyen