340 om den platten grond te brengen in overeenstemming met liet nieuwe grondplan. I)e voorzitter wijst op de strekking van het voorstel van den heer Van Dam, dat enkel uitstel van behan deling beoogt. De heer Rombouts geeft zijn spijt te kennen, dat de heer Van Hal onderwijs en Valkenberg aan elkander knoopt. Spreker is vóór uitgaven die nuttig zijn, maar de uitgaaf voor 't Valkenberg strekt enkel tot genot. Het voorstel van den heer Van Dam is is om de zaak bij de begrooting te behandelen. Spreker weet niet, of men daarmee verder zal komen. In- tusschen wanneer de begrootingsstukken in handen zijn, dan zal men beter tot oordeelen in staat zijn. De heer Van Dam moet zeggen dat hij niet begrijpt hoe zijn voorstel een soort philippica van den heer Van Hal heeft kunnen uitlokken. De zaak Valken berg toch is in 't midden gebleven. Alleen was zijn voorstel haar aan te houden tot bij de begrooting, om te zien, of zij al of niet de draagkracht der gemeente te boven gaat. Noodklagen over de financiën is niet door hem geschied. En te meer kan gewacht worden, nu drie leden afwezig zijn. Ten slotje hand haaft spreker zijn voorstel. De heer Van Hal zegt, dat door den heer Rombouts tot hem het verwijt is gericht dat hij eene parallel trekt tusschen onderwijs en Valkenberg. Wanneer het de gemeente-financiën geldt, dan moet men daar voor, in welk geval ook, een open oog hebben. De uitgaaf voor het onderwijs in nuttige handwerken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 346