360 «tember 1892 en het nader advies van den inspecteur «der gymnasia. «Besluit ten eerste «in te trekken het raadsbesluit van 16 «Juli 1892, waarbij de heeren J. A. M. «Rijk en F. Corstens definitief zijn «benoemd tot leeraren aan het gym- «nasium alhier, respectievelijk in de «hoogduitsche taal en in de oude «talen, jaarwedden f 850 en f 2000; ten tweede «genoemde leeraren als zoodanig öp- «nieuw definitief te benoemen, te «rekenen te zijn ingegaan den eersten «September 1892. 4. Missive van burgemeester en wethouders van Breda, dato 19 September 1892, N". 878, onderwerp: «Tijdelijke geldleening," luidende als volgt: «Zooals U bekend is, eindigt 28 dezer maand de «tijd, dat onze gemeente van de Amsterdamsche «Bank tijdelijk in leen heeft de som van f 25000. «Wij zullen zorg dragen, dat de terugbetaling tijdig «plaats heeft, waartoe de noodige kasrnimte bestaat. «In buitengewone uitgaven moet echter door buiten sgewone inkomsten voorzien worden, niet te minder, «dewijl feitelijk op den dienst van 1892 drukt het «te kort gekomen in 1891, ten bedrage van ))f 16767.66. «Wil de dienst van 1892 kunnen gaande gehouden «worden en niet weder met een groot tekort sluiten, «dan moet eene geldleening plaats hebben. «Door ons is echter overwogen, dat 1893 de gemeente

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 360