399 voor eigen rekening te voorzien in de behoeften van zijn kantoor, met name papier, inkt en soortgelijke behoeften. Enkel registers, staten en dergelijke zijn uitgezonderd. Wat punt 2 aangaat: wil men eene zuivere rekening, dan moet men het ontvangene en uitgegevene terugvinden op de posten, waar het be hoort, maar moet niet het verkochte of terug ontvan gene eenvoudig van de rekening worden afgetrokken. Dat geeft eene onzuivere rekening. Ten aanzien van punt 3 vereenigt spreker zich volkomen met de zienswijze van den heer Heijlaerts. 't Is geheel onvoldoende enkel aanmaningen te zen den. De vervolging had moeten worden voortgezet en, bij niet-betaling, had aan de kinderen de toegang- tot de school moeten ontzegd worden, wat vooral had moeten geschieden nu er zoo weinig plaats is op de scholen. De voorzitter antwoordt, dat, lettende op den zin en niet op de letter van de bepalingen in de instruc tie van den ontvanger, steeds is gehandeld gelijk nu geschied is. Wat voor den openbaren dienst gebruikt werd, als touw en dergelijke behoeften, is steeds den ontvanger vergoed. Punt 2 het verrekenen van wat wordt ingekocht berust geheel op het bestek van aanbesteding. Hierdoor wordt zegt spreker het tegenovergesteld beweren der com missie weerlegd. Ten aanzien van den achterstand van schoolgeld wil spreker erkennen, dat het beter is de vervolging krachtiger te doen plaats hebben. De heer Heijlaerts vraagt, als de ontvanger ver zuimt te vervolgen, wie dan aansprakelijk is voor dat verzuim?

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 399