450
De heer Guljé ziet eene dubbelzinnigheid in dat
voorstel. Stel zegt spreker 1 dat de onderwijzer
acten voor twee vakken heeft, doch slechts in één
vak onderwijs geefthoe dan de belooning te regelen
De heer Nelissen heeft tegen het voorstel deze
bedenking, dat eerst het beginsel moet uitgemaakt
worden.
De heer Teijchiné is van oordeel dat in het geval
door den heer Guljé bedoeld, de helft moet worden
toegekend, of samen f 125.
Terwijl eenige onderlinge bespreking daarover
plaats heeft, zegt de voorzitter dat eerst moet ge
stemd worden over het beginsel.
De heer Van Hal, vraagt hoedanig het voorstel
daaromtrent geformuleerd is?
Na beantwoording dezer vraag door
den voorzitter, wordt overgegaan tot
stemming, waarvan de uitslag is dat
met algemeene stemmen, uitgezonderd
die van den heer Teijchiné, besloten
wordt, aan onderwijzers, die acten heb
ben in art. 5 der verordening bedoeld,
doch in die vakken geen onderwijs geven,
niet eene vergoeding toe te kennen.
Daarop wordt artikel 5 goedgekeurd.
Artikel 0.
De jaarwedden der vak-onderwijzeressen in de
nuttige en fraaie handwerken voor meisjes bedragen
per uur in de week 25.