i&ó Enkele leden tonnen dit niet noodig te achten, waarop de heer Klep verklaart, dat door hem het gevoelen van den voorzitter gedeeld wordt. De heer Heijlaerts beveelt aan het idéé van bur gemeester en wethouders te volgen. Eene kazerne met haar attroupement van personen moet ter wille der hygiène eene vrije ligging hebben, daargelaten het immoreele van kroegen, als liet terrein zou be bouwd worden. De heer Van Dam is ook voor een open plein, maar niet om het te bezigen als mestvaalt. Het terrein is zegt de heer Nelissen het voormalige mestplein waar thans zich eene houtzagerij bevindt. De heer Klep geeft nader zijn wensch te kennen, dat de zaak worde aangehouden en inmiddels het schrijven worde ter visie gelegd. Die tijd zegt spreker kan benut worden, om na te gaan wat meest wenschelijk is. Vervolgens wordt besloten het voor- bedoeld schrijven ter visie te leggen voor de leden. 10. Adres van liet bestuur der Groote Societeit te Breda, dato 18 November 1892, verzoekende voor het geval geen gevolg mocht worden gegeven aan het raadsbesluit tot oprichting voor rekening der gemeente van een paviljoen in het Valkenberg aan gemelde Societeit op door den Raad te stel len en met de Societeit overeen te komen voorwaar den in pacht af te staan een van wege den Raad

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 463