496
heuvelachtig, dan zou dat niet schaden.
De voorzitter meent, dat reeds vroeger hierop de
aandacht van den architect is gevestigd.
De heer Heijlaerts heeft vaak in plaats van zand
zien aanvoeren, zand zien meê terugnemen.
De heer Teijchiné vraagt, te wiens laste komen
de kosten van onderhoud der bestrating langs de
tramlijnen.
Ten laste van de betrokken trammaatschappijen
antwoordt de voorzitter.
De heer Teijchiné beveelt dan aan dat daar toe
zicht op worde gehouden. De toestand is nu zeer
gebrekkig en staaft dit door voorbeelden.
De heer Sassen deelt de bezwaren der heeren
Rombouts, Heijlaerts en Teijchiné, welke haren
oorsprong hebben in het onvoldoende toezicht op de
straten. Wie heelt dat toezicht uit te oefenen
vraagt spreker.
De architect antwoordt de voorzitter.
En de architect herneemt de heer Sassen
heeft hem gezegd, dat de opzichter De Wolff met
dat toezicht belast is. Spreker gispt het toezicht op
en het onderhoud van de straten en wijst op de
kuilen, die vaak bij riolen worden aangetroffen.
De voorzitter doet de toezegging, dat de architect
over dit punt nader zal gesproken worden.
