498 Ten aanzien van het verder opgemerkte wordt er op gewezen, dat de bestaande bewaarplaats te weinig- ruimte biedt om alle petroleum te bergen, gelijk terecht in eene sectie is in het licht gesteld. Komt de ruimere en betere bewaarplaats tot stand, dan zullen de handelaars uit eigen beweging daar van gebruik maken, en zoo niet, dan eerst kan met vrucht tegen hen worden opgetreden. De heer Mathon zegt, dat in de sectiën sprake was, of ook goed toezicht op de bij handelaars voor handen hoeveelheid petroleum gehouden werd, en als toelichting daarop wenscht, spreker mede te deelen, dat het hem bekend is dat verschillende processen- verbaal zijn opgemaakt. Met de voordracht verklaart spreker zich te vereenigen. De voorzitter zou wel wenschen, dat het fort als bergplaats gebezigd werd. De heer Heijlaerts gelooft dat het gevaar minder zal zijn in eene loods dan in eene hermetisch afge sloten bewaarplaats, alwaar zich gassen kunnen op- hoopen, die ontploffingen kunnen doen ontstaan. De plaatsing moet zoo zijn, dat de zonnestralen hare werking missen. Eene loods zal wel de helft minder kosten. De heer Guljé weerspreekt den wensch van den voorzitter en geeft verklaringen ter handhaving van den post. De heer Van Hal zegt, dat hem door importeurs gevraagd is, of het gebouw zoodanig zal zijn, dat de zon wordt afgesloten? Aan petroleum is steeds ver-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 498