523
De heer Van Hal bestrijdt het denkbeeld van
tweeërlei politie. Er moet daartusschen als een trait
d'union zijn. De politie vormt een net, dat zij over
de geheele gemeente uitspreid. En nu moet geen
politie daarnaast staan. Tweeërlei politie zal niet in
elkander grijpen. Er moet maar één chef zijn.
De heer Van Dam meent dat de zaak heel een
voudig is. Men kan b. v. Waals vragen, wie zijner
werklieden bij geschikt acht om tot onbezoldigd
rijksveldwachter benoemd te worden. De kosten zijn
daardoor niet hooger. De aangewezenen kunnen
onder bun gewoon werk toezicht houden en dragen
hunne kwaliteit bij zich.
De heer Van Hal zegt, dat ook Waals het radicaal
van onbezoldigd rijksveldwachter bezit.
Daarop brengt de voorzitter het voor
stel van den heer Nelissen in stemming,
waarvan de uitslag is, dat dit met 10
tegen 5 stemmen verworpen wordt.
V r waren de heerenHeijlaerts, Sassen, Nelis
sen, Klep en Vreede.
Tegen de heeren: Van Hal, Rombouts, Maïiton,
Guljé, Teijchiné, Backer, Van Dongen,Verschraage
Van Dam en de voorzitter.
Punt 22.
Door eene sectie wordt de vraag gesteld, wat het
uitgetrokken bedrag in 1892 ad 422 beteekent.
Antwoord.
De som van 422 is het vorig jaar uitgetrokken