63 Nadat die lezing heeft plaats gehad, geeft de heer RoMisouts te kennen, dat het wel wenschelijk ware, als een lid van den raad eenig stuk van den ontvanger noodig had, hij het recht zon hebben dit te kunnen hekomen. Niet boeken zegt spreker maar losse stukken. De voorzitter is van oordeel, dat de tusscheukomst daarbij van het dagelijksch bestuur niet kan vermeden worden. De beer GruÉ voegt daaraan toe, dat de gemeente ontvanger staat onder het toezicht van burgemeester en wethouders en niet van den raad. De heer Be Boöij wenscht ter tegemoetkoming aan het bezwaar van den heer Rombouts, te doen kennen, dat, wanneer een lid van den raad ter zake inlichting zou verlangen, hij gelegenheid heeft die in de raadszittingen te vragen aan burgemeester en wethouders. De voorzitter vraagt of de instructie voor den gemeente-ontvanger, gelijk zij nu ter tafel ligt. kan worden goedgekeurd. Niemand der leden bedenking te kennen gevende, wordt besloten de voormelde instructie goed te keuren. Komt in behandeling de missive van burgemeester en wethouders, houdende het voorstel, den borgtocht van den nieuw te benoemen gemeente-ontvanger te bepalen op 35000 en diens wedde op een maximum viin 3000. De heer \.w Mieuj.o geeft in overweging vast te

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1892 | | pagina 63