16 Maart 1893. 127 is, terwijl de heer G-uljé er by voegt, dat daaromtrent later den Raad een voorstel zal gedaan worden. Tevens vraagt de heer Guljé, of burgemeester en wethouders kunnen gemachtigd worden, eventueel het lykenhuisje op de algemeene begraafplaats te doen afbreken. Daartegen wordt geene bedenking in het midden gebracht. Nadat de overgelegde teekeningen zyn bezichtigd, vraagt de voorzitterof de Raad het plan van den watertoren en de oprichtery van dien toren ter plaatse van de tegen woordige algemeene begraafplaats kan goedkeuren? Niemand der leden het woord verlangende, wordt daartoe zonder hoofdelijke stemming besloten. 20. Missive van de Commissie van bestuur van het pensioenfonds der gomeente-ambtenaren en bedienden te Breda, dato 22 Februari 1893, No. 41, daarby ter goed keuring aanbiedende de rekening en verantwoording van de ontvangsten en uitgaven over het jaar 1892. Op voorstel des voorzitters wordt besloten deze stukken by de leden te laten rondgaan en inmiddels de behandeling daarvan aan te houden. -B. Verslagen. 1. Namens burgemeester en wethouders wordt door den voorzitter verslag uitgebracht van de op den 23. Fe bruari 1893 gehouden openbare aanbesteding van: 1 het bouwen van een houten koker met bijkomende werken, boven het wapenmagazijn op het stadserf, ten behoeve van het telephoonkantoor.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 127