22 April 1893.
171
der vereischte bescheiden, ter benoeming van een onder
wijzer met hoofdakte en akte Fransch, jaarwedde /"1000,
aan de tusschenschool aan de St.-Joostkapelhoofd de heer
Tromp, voordragende de heeren:
1. VV. VV. Plasman, onderwijzer te Breda',
Wordt overgegaan tot stemming.
Er worden uitgebracht 17 stemmen, die allen zich ver
eenigen op den heer W. W. Plasman, zoodat tot tweeden
onderwijzer aan de openbare tusschenschool aan de St.-Joost-
kapel alhier benoemd is de heer W. W. Plasman, thans
onderwijzer aan eene school voor bijzonder onderwijs alhier,
op de aan die betrekking verbonden jaarwedde van één
duizend gulden, in te gaan bij zijne indiensttreding, en
verder onder voorwaarden, dat hij zich gedragen zal over
eenkomstig de bestaande of later te wijzigen verordeningen,
en bij eventueele aanvrage oin eervol ontslag, het verzoek
daartoe drie maanden te voren behoort in te dienen.
3. Missive van burgemeester en wethouders voornoemd
dato 14 April 1893, N°. 248, daarbij, ter voldoening aan
artikel 182 der gemeentewet, aanbiedende het beredeneerd
verslag van den toestand dezer gemeente over 1892, in
gericht in den vorm, zooals die is voorgeschreven; onder
bijvoeging, dat, evenals in de laatste voorgaande jaren
de verslagen van de verschillende openbare inrichtingen
in deze gemeente zijn opgenomen bij de onderwerpen,
waartoe ze betrekking hebben.
Op voorstel des voorzitters wordt besloten dit
verslag, evenals in vorige jaren, te laten druk
ken, en vervolgens aan ieder der raadsleden een
exemplaar uit te reiken.
2. H. J. de Bie,
3. J. Kostermans,
te Beek en Donk, en
te Halsteren.