22 April 4893. De heer Klep geeft in overweging ten aanzien van het voorste] het advies in te winnen van de commissie voor de gasfabriek. De heer Van IIal maakt opmerkzaam, dat de leden welke die commissie uitmaken hier aan deze tafel tegen woordig zijn en meent dat wel aanstonds hun gevoelen kon ingewonnen worden. Anders volgt weer een uitstel tot de volgende vergadering. De heer Van Dam zegt, dat de heer Klef misschien eenig bezwaar heeft en als dit zoo is thans als raadslid dat bezwaar kan doen kennen. De heer Sassen ondersteunt liet voorstel van den heer Ki.ep. 't Schrijven behoort allereerst in handen gesteld te worden van de commissie voor de gasfabriek om ad vies en bezwaarlijk kan daarop nu reeds beslist worden. Bovendien is het spreker niet gebleken, dat debetrokken directeur reeds over het plan gehoord is. De voorzitter vraagt, of de Raad zich vereenigen kan met het voorstel om eerst het advies ten deze te verzoeken van de commissie voor de gasfabriek? Niemand meer het woord verlangende, wordt daartoe besloten. De heer Klep zegt gaarne alsnog in een besloten ver gadering zijne zienswijze te zullen mededeelen. 12. Adres van J. C. Fransen, eervol ontslagen hoofd agent van politie alhier, dato 5 April 1893; verzoekende hem krachtens art. 5 der verordening tot regeling der pensioenen van de gemeente-ambtenaren en bedienden alhier, pensioen toe te kennen. Op voorstel des voorzitters wordt besloten, dit adres met bijlagen te stellen in handen van de Commissie van bestuur van het pensioenfonds

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 184