15 Augustus 1893. 333 „dan behoort hij te staan even beneden de suikerfabriek „op de gemeenteweg aldaar, terwijl hij van zeer voldoende „grootte is, als hij gelegenheid tot het stallen van vier „paarden verschaft, zoodat hij veel kleiner dan de tegen woordige zijn kan. „Intusschen kan het recht van opstal zoo maar niet „worden prijs gegeven, al is het een feit dat van dat „recht niet anders dan ten behoeve van stalling der jaag- „paarden mag gebruik 'gemaakt worden. „Daarom wordt voorgesteld voor afkoopsom van dat recht „te bedingen eene som van honderd gulden, welke som ruim „voldoende wordt geacht om het gebouw te verplaatsen." Voorts werd door burgemeester en wethouders overge legd eene op voormelden grondslag berustende ontwerp- akte van overeenkomst tusschen de gemeente Breda en Gijsbertus van Es, eigenaar van het koffiehuis »Het Zwaantje«, met kaart, benevens copie van de voorbedoelde overeenkomst van den 16. Maart 1864. De voorzitter zegt dat het doel is den stal te verplaatsen even ten noorden van de Suikerfabriek alwaar hij voor het gebruik eene doelmatiger plaats zal hebben. Voorts geeft de voorzitter in over weging het adres en bijlagen te verzenden naai de Bouwcommissie, met verzoek om bericht en raad, waartoe besloten wordt. 6. Namens burgemeester en wethouders wordt door den voorzitter voorgesteld voor de som van 150 van Anna Johanna van Dijk te Ginneken aan te koopen een perceel moestuin onder de gemeente Prinsenhage, benevens den ondergrond van een perceel onder dezelfde gemeente; strekkende deze koop om in eigendom te verkrijgen den grond waarop een verhuurd gebouwtje staat ten dienste van het trekpad, tot welken aankoop vroeger de rechts kundige commissie uit dezen Raad geadviseerd en de Raad alstoen besloten heeftwordende door den voorzitter

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 333