36 '28 Januari 1893. betii de Man, geboren De Man, mededeelende het over lijden van mr. Engelbert de Man Ez.in leven burge meester der gemeente Breda. De voorzitter zegt, dat bereids een brief van rouwbeklag is ontworpen, waarvan voorlezing geschiedt. De brief is van den volgenden inhoud Mevrouw „Bij Uw schrijven van den 18. Januari jl.ontvingen „wij het treurig bericht van het overlijden op dienzelfden „dag van den WelEdelAchtbaren Heer mr. Engelbert „de Man Ez., in leven burgemeester dezer gemeente. „Werd nog altijd hoop gekoesterd, dat eenige verande ring ten goede zoude komen in den lijdenden toestand „waarin de ontslapene gedurende zoovele maanden ver keerde, die hoop, helaas! is niet mogen verwezenlijkt „worden. „Wij kunnen de diepte beseffen van uw smartgevoel en „dat uwer geachte familie bij deze droevige gebeurtenis, „die ook ons met innig leedwezen vervult; en wij gevoelen „ons dan ook ten zeerste gedrongenzoo uit eigen naam als „uit naam der geheelegoede bevolking van Breda, die wij de „eer hebben te vertegenwoordigen, en die mede op den „dag der hoogst plechtige begrafenis zoo treffende blijken „van belangstelling gaf, U en Uwe familie met weemoed de „betuiging onzer deelneming aan te bieden. „Te betreuren is voor onze gemeente het verscheiden „van mr. De Man. In hem toch heeft Breda een harer „beste, een harer duurzaamste medewerkende krachten „verloreneene kracht, die huisvestte in een echt mannelijke „borst, gelijk hij ook in zijn voorkomen en in zijne gestalte „de type was van een waar magistraatspersoon; eene „kracht, die zich nooit, wien het ook gold, verloochende,

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 36