394 26 Augustus 4893. De voorzitter zegt dat in het huurcontract de gemeente het recht bedingt, om de huur ten allen tijde te doen eindigen, mits 6 maanden te voren opzegging doende, zoodat de gemeente zich steeds van den huurder kan los maken. De heer Scheltus berust in deze inlichting. Verder niemand het woord verlangende, wordt besloten op de bestaande voorwaarden aan den heer mr, J. W. J. van Mierlo, kantonrechter te Breda, voor den tijd van zes achtereenvolgende jaren onderhands in huur af te staan het huis, genaamd „Het Liggend Hert", tegen den huur prijs van ƒ500 per jaar, behoudens de goedkeuring van de Gedeputeerde Staten dezer provincie. 3. Ontwerp-voorwaarden van verhuring bij gedeelten van de nieuw gebouwde bergplaats voor petroleum. Bedoeld stuk is van den volgenden inhoud: „Voorwaarden, waarnaar door Burgemeester en „Wethouders van Breda, krachtens besluit van „den Raad dier gemeente van den „goedgekeurd bij besluit van de Gedeputeerde Staten „van Noord-Brabant van denonderhands „worden verhuurd gedeelten van het gebouw, die nende tot algemeene bergplaats van petroleum." Artikel 4. „Aan ieder ingezeten dezer gemeente, die zich daartoe „bij burgemeester en wethouders van Breda aanmeldt, „worden onderhands verhuurd de afgeschoten vakken „van het aan de gemeente Breda behoorende gebouw tot „algemeene bergplaats van petroleum, gelegen onder de „gemeente s-Princenhage op het terrein der gemeente- „mestvaalt van Breda, kadastraal bekend sectie n°.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 394