396
26 Augustus 1893.
Art. 5.
„Het is verboden op het open terrein, buiten het ge
bouw, karren, wagens of andere voorwerpen langer te
„laten staan of liggen dan voor het aan- en wegvoeren
„van petroleum zal noodig zijn.
„Het rijden met karren of wagens binnen het gebouw
„is verboden."
Art. 6.
„De sleutel der hoofddeur wordt in bewaring gesteld
„bij een der beambten aan de gemeente-mestvaalt; terwijl
„voorts ieder huurder in het bezit gesteld wordt van een
„sleutel der deur, toegang gevende tot het door hem
„gehuurde vak.
„Een stel van laatstbedoelde sleutels wordt behoorlijk
„verzegeld aan een der voorbedoelde beambten in bewaring
„gegeven, enkel met het doel om ten tijde van eenig
„onheil te kunnen gebruikt worden.
„De huurders zijn verplicht, wanneer zij afstand doen
„van het gehuurde, of wanneer de huur door verhuurders
„wordt opgezegd, den hun verstrekten sleutel onmiddellijk
„aan den architect der gemeente ter hand te stellen. Is de
„sleutel in het ongereede geraakt, dan komt een nieuw
„deurslot met passende sleutels ten laste van den huurder.
„Ingeval een sleutel, tijdens de huur, bij de huurders
„verloren geraakt is, wordt te hunnen koste van wege de
„gemeente een nieuwe sleutel verstrekt."
Art. 7.
„Indien door onvoorzichtigheid of ruwe behandeling aan
„een of meer gedeelten van het gebouw door huurders of
„door hunne onderhoorigen schade wordt toegebracht, zal
„de herstelling dier schade door of van wege de gemeente
„Breda plaats hebben geheel ten koste van den betrokken
„huurder."
