18 November 1893. 545 Die verandering heeft evenwel niet plaats gehad en het trottoir is dan ook maar zóó veel lager gelegd, dat de deurtjes geopend konden worden. Tot dat lager leggen moest evenwel het geheele trottoir langs de huizen aan het Stationsplein, ter lengte van pl. m. 60 meter, mitsgaders de trottoirbanden,'een ge deelte van de keibestrating en al de rioolkolken opgebro ken en daarna weder gelegd worden. Een en ander waarmede een groot aantal dagen gemoeid gingen, was alzoo een zeer kostbaar werkdat voorkomen had kunnen worden. Men vroeg: Zijn die deurtjes, draaiende nog wel over gemeentegrond, aangebracht overeenkomstig de door bur gemeester en wethouders goedgekeurde teekening Zoo ja, dan dragen burgemeester en wethouders de schuld van den verrichten arbeid; zoo neen, wie heeft dan de kosten van dien arbeid gedragen Antwoord. Burgemeester en wethouders erkennen gaarne den min der gunstigen toestand aan de noordzijde der Willemsbrug. Die is te verbeteren door aldaar de keibestrating te ver vangen door keien met vlak behakte koppen, zooals die liggen op de Korte Boschstraat, waarvoor evenwel eenige duizenden guldens uitgegeven zouden moeten worden. Die aan de zuidzijde kan alleen verbeterd worden door rioleering of draineering van het terrein. Men houde daarbij evenwel in het oog, dat groote vlakten, vooral als die door begrinding zijn verhard, bij regenachtig weer allicht drassig zijn en eenigen tijd noodig hebben om op te drogen of door te zakken. Intusschen, burgemeester en wethouders stellen voor, tot dat doel een bedrag van ƒ200 aan te wijzen. Ten aanzien van een der trottoirs aan de Willemsbrug zal men zich herinneren, dat die aan de zuid-westzijde voor den aanleg van het park is weggenomen moeten worden. Gaarne wordt erkend dat eenige meters bestra-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 545