18 November 1893.
oplossing demping. En nu het besluit als 't ware
daartoe bestaat, zou het hard zijn voor de menschen,
hen te verplichten gelden ten koste te leggen aan de
beschoeiingen. Door baggeren zal niet verkregen worden
wat de heer Heijlaerts verwacht.
De heer Heiji.aerts gelooft niet dat de demping in een
nabijzijnd verschiet ligt. De aangrenzende bewoners moeten
genoodzaakt worden de beschoeiingen te verbeteren en
dan late men de vaart uitbaggeren, dat luttele kosten
voor de gemeente zal veroorzaken. Men zal zien dat er
dan een behoorlijke stroom komt. De zaak acht spreker
zóó urgent en noodig in het belang der volksgezondheid,
dat hij wenscht een voorstel te doen om een post daar
voor op de begrooting te brengen.
De heer Lijdsman zou dat voorstel gaarne ondersteunen
als er geen sprake was van overwelving. De bewoners
thans kosten te laten maken, acht spreker niet gerecht
vaardigd.
De voorzitter, zich gedragende aan het op 't rapport
door burgemeester en wethouders gegeven antwoord,
meent wel het denkbeeld van het dagelijksch bestuur uit
te drukken, als hij in uitzicht stelt, dat een voorstel tot
de overwelving in 1895 kan verwacht worden.
De heer Van Aken vraagt, of de heer Heijlaerts de
bewoners kent van de woningen die aan de Gampel ge
legen zijn Spreker gelooft niet dat ze veel kunnen betalen.
De bewoners zijn antwoordt de heer Heijlaerts
niet de eigenaren, maar voor het meerendeel slechts de
huurders der perceelen. Thans echter verklaart spreker,
gehoord hebbende het voornemen om in 1895 de over
welving tot stand te brengen, zijn voorstel in te trekken,
mits middelerwijl eenigszins in den toestand worde voorzien.