18 November 1893. 557 leiding, liet salaris van den hierbedoelden boekhouder op f 250 is bepaald. Volgens diezelfde memorie treft men hier aan een controle-opzichter te Oosterhout ad f 200 Ook die post werd niet volkomen begrepen. Antwoord. Gaarne wordt toegegeven dat voor het tegenwoordige het salaris van den boekhouder der waterleiding is bepaald op f 250.doch onbekend is 't, of die som voldoende zal zijn, als de waterleiding in exploitatie zal zijn gebracht. Wat de som van 200 betrefttoegekend aan een controle-opzichter te Oosterhout, die spruit voort uit art. 4, letter I, van het erfpachtscontract met den Staat in zake waterleiding, en de bepaling gesteld door de Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant. Verder wordt dit punt niet besproken. 89. Eene afdeeling zou gaarne den gevel van liet gemeente huis wat opgeknapt zien, o. a. door het hardsteenen ge deelte ervan te doen schoonmaken enz. De toestand van dien gevel is nu armelijk. Ook klaagde men over de ontsiering van het dak van het gemeentehuis door de daarop geplaatste toestellen voor telefoondraden. Het bewijst niet voor den goeden smaak van den raadgever van burgemeester en wethouders, dat die toestellen zóó zijn aangebracht. Eenparig was ook in eene afdeeling de veroordeeling der leelijke telefoonpalen en van hare plaatsing. Ook hier heeft blijkbaar een smaakvol raadgever ontbroken. Als gevolgen o. m. van die smaaklooze plaatsing is nu het aardige pleintje tusschen Veemarkt en Veemarktstraat geheel bedorven en ontsierd en kunnen tal van bewoners o. a. aan den Haagdijk, de vlag niet meer uitsteken. De vraag werd gedaan of de onlangs plaats gehad heb bende vernieuwing van het leien dak van den St. Joost-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 557