572 18 November 1893. Antwoord. Onder de som van f 59000 is begrepen een bedrag van 25000 voor het in orde brengen der straten. Of gemeld bedrag in 1894 zal kunnen verwerkt worden, betwijfelen wij weldaar de aansluitingen in eene straat grootendeels dienen gereed te zijn, eer geheele nerstratingraadzaam is. De loop der zaak moet echter afgewacht worden. Wordt voormelde som niet voor het doel gebezigd, dan blijft zij over ten behoeve van een volgenden dienst. De heer Sassen doet zich als het lid kennen, dat de voorschreven vraag gedaan heeft. De voorzitter licht die vraag nader toe en zegt, dat tot Juli over den begrooten post kan beschikt worden. Verdere bespreking nopens dit punt heeft niet plaats. 4. Door eenige leden werd opgemerkt, dat, niettegen staande het raadsbesluit tot heffing van een hooger percentage op de hoofdsom der belasting op het personeelzij zich niet kunnen vereenigen met deze wijze van belasting heffen, als drukkende die niet gelijkmatig. Zij wenschen deze wijze van heffing vervangen te zien door b. v. b. verhooging van hoofdelijken omslag. Antwoord. Met het oog op de in uitzicht gestelde regeling der financieele verhouding tusschen Rijk en gemeenten, wordt het niet raadzaam geoordeeld vooreerst wijziging in de tegenwoordige belastingheffing te brengen. De voorzitter zegt, dat men aan den vooravond staat van belastinghervorming en vindt hierin eene bepaalde reden den toestand gelijk die is te bestendigen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 572