ëöfl
22 Decemöer 189.1.
De voorzitter wenscht beide punten te scheiden, en
vraagt, of de Raad besluiten kan, aan beide genoemde
fabrieken tegen den gewonen prijs water te leveren?
De heer Sassen geeft in overweging de behandeling
dezer zaak aan te houden.
De heer Scheltus vraagt, waarom particulieren niet
met de fabrieken worden gelijk gesteld?
Dit raakt antwoordt de voorzitter het tweede
punt der voorstellen.
De heer Scheltus meent, dat de voorstellen, ter wille
van het financieel belang, met beide handen moesten
worden aangegrepen.
Het eerste punt zegt de voorzitter ontleent zijn
gewicht aan de omstandigheid dat reeds tweemaal aan de
genoemde fabrieken zich de eerste choleragevallen hebben
voorgedaan, terwijl een deel van de werklieden dier
fabrieken in deze gemeente woont. Aan het tweede ver
binden zich grootere gevolgen. Daarom wenscht spreker
in overweging te geven, het eerste af te doen en het
tweede aan te houden.
De heer Teychiné vraagt, of de levering van water
aan de fabrieken enkel strekt ter voorziening in drink
water?
De voorzitter beantwoordt die vraag bevestigend.
De heer Sassen is van oordeel, dat, alvorens verder
kan worden gegaan, in beginsel moet worden uitgemaakt,
of al dan niet water buiten de gemeente zal geleverd
worden
De heer Bloemarts beweert dat het eene beginsel niets
met het andere te maken heeft. Particulieren kunnen in