£2 December 1893. G09 behandeling der zaak aan te houden en de stukken ter visie te leggen. De voorzitter doet nader kennen, dat de zaak zoo •concreet mogelijk wordt voorgesteld en het tweede punt voor latere behandeling geheel op zich zelf blijft staan. De heer Sassen verzoekt stemming over zijn voorstel. Daarop wordt overgegaan tot stemming, waar van de uitslag is dat bedoeld voorstel wordt verworpen met 8 tegen 6 stemmen. Vóór waren de heeren: Sassen, Lijdsman, Oukoop, Van Aken, Heijlaerts en Mathon. Daartegen de heeren: Teyciiiné, Soheltus, Bloemarts, Van Dam, Rombouts, Van Dongen, Vreede en de voorzitter. De voorzitter onderwerpt vervolgens aan de goedkeuring van den Raad het voorstelom aan de beide in de missive der commissie bedoelde fabrieken water te leveren uit de waterleiding, mits de tapkranen gesteld worden op het binnenterrein der fabrieken, en voorts te bepalen, dat nadere aanvragen aan het oordeel van den Raad zullen onderworpen worden. De heer Sassen wenscht het recht van opzegging te zien voorbehouden, waarop de heer Oukoop doet opmer ken, dat de aanvragende firma's zich verbonden hebben water te nemen voor den tijd van vijf jaren. De heer Sassen zou wenschen in het contract bepaald te zien, dat de gemeente de waterleiding ten allen tijde 6 maanden te voren kan opzeggen. De heer Lijdsman meent dat de gemeente daarin vrij blijft.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 609