18 Februari 1893. 83 8. Namens Burgemeester en Wethouders wordt door den voorzitter aan den Raad overgelegd het derde aan vullingskohier van den hoofdelijken omslag dezer gemeente, dienst 1892, ten bedrage van f 291,245. De voorzitter geeft eene korte toelichting van de per sonen op dat kohier gebracht. Daarna wordt het zonder bedenking vastgesteld. 9. Afschrift van een besluit van de Gedeputeerde Sta ten dezer provincie van den 9den Februari 1893, G, N°. 38, 2e afdeeling, waarbij voor zooveel noodig wordt goedge keurd het raadsbesluit van 28 Januari 1893, tot het aan gaan eener overeenkomst met den Staat der Nederlanden betrekkelijk het maken eener prise d'eau en verdere wer ken in de Setersche heide ten behoeve der Bredasche waterleiding. De voorzitter stelt voor, bedoeld besluit aan te nemen voor kennisgeving en verder te ver zenden aan Burgemeester en Wethouders, waartoe besloten wordt. 10. Voorwaardelijke vergunning van den heer Commis saris der Koningin in de provincie Noord-Brabant, dato 25 Januari 1893, A, N°. 5, l9te afdeeling, le bureau, tot het bestraten van den zuidelijken berm van den rijksweg van het Sleeuwijksche veer naar Breda ten behoeve van de bestrating in de Verlengde Boschstraat, aanvangende op 720 M. ten westen van kilometerpaal 30 en eindigende 38 M. verder. Tot toelichting dezer zaak wordt overgelegd de vol gende nota: „Zooals U bekend is, is van wege de gemeente „de Verlengde Boschstraat bestraat, waardoor eene

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1893 | | pagina 83