31 Maart 1894. 101 De voorzitter zegt, dat die meening niet geheel juist is. Enkel is vroeger beslotenvooralsnog geen muziekuitvoe ringen te doen geven in het Valkenberg. Verder wordt dit onderwerp niet besproken. 13. Benoeming van een stembureau bij de aanstaande verkiezing van een lid voor de Tweede Kamer der Staten- Generaal. Volgens den daarvan bestaanden rooster, zijn aan de beurt van benoeming als leden de heeren Sassen en IngenHousz, en als plaatsvervangende leden de heeren Reigersman en Vreede. Wordt overgegaan tot stemming voor twee leden op één briefje. Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan verkrijgen de heeren Sassen 16 en IngenHousz 17, terwijl op de heerenVAN Dongen en Mathon ieder ééne stem is uitgebracht. Gekozen zijn alzoo als leden de heeren H. A. Sassen en mr. W. IngenHousz. Wordt overgegaan tot stemming voor twee plaatsver vangende leden op één briefje. Er worden uitgebracht 18 stemmen, waarvan verkrijgen de heeren Reigersman en Vreede ieder 17, terwijl op de heeren IngenHousz en Scheltus ieder ééne stem wordt uitgebracht. Gekozen zijn alzoo als plaatsvervangende leden de heeren mr. A. Reigersman en J. E. Vreede. 14. Adres van J. B. Martens, proost van het klooster S'-Catharinadal te Oosterhout; Em. Meijer, Johs. Schon- keren en Cornelia Schonkeren, laatstgenoemden allen wonende te Breda, dato 22 Maart 4894, daarbij te kennen

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 101