21 April 1894. 157 Art. 8. In verband met het amendement van den heer Rom- bouts (zie rapport), geven de woorden vaste of tijdelijke standplaats aanleiding tot eene uitgebreide beraadslaging. Twee voorstellen spruiten daaruit voortéén van den heer Bi.oemarts, dat de heer Rombouts wenscht over te nemen, om de vergunning voor eene vaste standplaats te doen verleenen door B. en W. en die voor eene tijdelijke door den burgemeester en één van den heer Reigersman om de woorden vaste of tijdelijke te laten vervallen. Ten slotte wordt, op voorstel van den heer Van Dam, besloten art. 8 nader te onderwerpen aan het oordeel van de commissie, in verband waarmede bedoeld artikel wordt aangehouden. De artikelen 9, 10, 11 en 12 worden, in verband met het rapport, goedgekeurd. Art. 13. In verband met het amendement van den heer Scheltus (zie rapport), vraagt laatstgenoemde, of het nu inderdaad verboden is eene vlag uit te steken zonder vergunning van den burgemeester? Dit punt geeft aanleiding tot eenige beraad slaging, waarvan de slotsom is dat besloten wordt, het nader aan het oordeel van de commissie te onderwerpen en in verband daarmede het artikel aan te houden. Art. 14. Wordt goedgekeurd. Art. 15. Naar aanleiding van het antwoord door de commissie in het rapport gegeven op het amendement van den heer

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 157