182 12 Mei 1891. sResumeerendehebben wij de eer, na rijpe overweging sU voor te stellen: 1°. sVoor de ontijzerings inrichting toe te staan een sbedrag van f 26,500 en dit op de begrooting te s brengen voor den dienst van 1894 2°. »Aan te schaffen twee condenseerende plunger- spompmachines en de levering daarvan onderhands »op te dragen aan de Bredasche machinefabriek »voor de som van f 11,660, behoudens de goed- keu ring van de gedeputeerde staten dezer provincie. 3°. sin het openbaar aan te besteden het doen maken sder filter- en ontijzerings-inrichting bovengenoemd. 4°. sin het openbaar of bij inschrijving aan te besteden sde levering der afsluiters. sTot toelichting van het door ons medegedeelde omtrent sde nieuw te maken inrichting, worden door ons hierbij sovergelegd twee brieven van den heer ingenieur Schotel, sgedagteekend 11 en 28 April 1894, nos. 881 en 1070, s benevens het plan der inrichting. sDie stukken zijn in onze handen gesteld door burge- smeester en wethouders, aan wie ze gericht waren, ten seinde daaromtrent aan de gemeenteraad onze voorstellen ste doen kennen." De Commissie voor de Waterleiding te Breda: (get.) En. GllLJÉ. s J. A. VAN AKEN. s K. G. OUKOOP. s W. G. H. ROMBOUTS. s Mr. M. VAN DAM. s J. A. J. W. VAN HAL. De voorzitter deelt mede, dat de heer Schotel is uit- genoodigd ten raadhuize tegenwoordig te zijn, en geeft in overweging hem in besloten zitting de toelichtingen te doen verstrekkendie verlangd worden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 182