196 12 Mei 1894, »te besluiten aan adressant een pensioen toe te kennen tvan f 350 195 per jaar, ingaande op 1 April 1894. «Het bestuur van het pensioenfonds van de «gemeente- ambtenarenenz De voorzitter Ed. GULJÉ. De secretaris, A. P. SCHELTUS. De voorzitter dankt de commissie van bestuur en inzon derheid haren rapporteur voor het uitgebracht verslag en geeft in overweging de conclusie daarvan aan te nemen, waartoe zonder bedenking besloten wordt. De voorzitter deelt alsnog mede, dat de heer Van Loon inmiddels overleden is, zoodat niet meer dan de uitbetaling van één kwartaal aan de erfgenamen noodig is. 2. Door den heer Scheltus wordt, namens de com missie belast met het onderzoek der rekening en verant woording van het Oude-Mannenhuis over 1893 gerappor teerd, dat de commissie die rekening nagezien en met de overgelegde bescheiden vergeleken heeft, en zij alles in goede orde heeft bevonden, weshalve zij voorstelt de voor bedoelde rekening goed te keuren en het bestuur en den rentmeester van het gehouden beheer in 1893 te dechar- geeren. De voorzitter dankt de- commissie en inzonderheid haren rapporteur voor het uitgebracht rapport en stelt voor, de conclusie van dat rapport aan te nemen, waartoe zonder bedenking besloten wordt. De heeren Guljé en Van Dongen, beiden leden van voorbedoeld gesticht, wenschen geacht te worden niet tot dit besluit te hebben medegewerkt. 3. Door den heer Verschraage wordt gelezen het volgende rapport:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 196