211 2 Juni 1894. «gebruik, door de kerk zijn bestreden, dan komt het «billijk voor dat de prijs voor den afstand van dien grond »niet hooger mag worden gesteld dan f 0.25 per centiare, «alzoo 280 X f 0.25 f 70. «en van den grond door de kerk aan de gemeente »tot verbreeding van het trottoir, stellende op 1.per centiare, derhalve 42 X f 1.42. «Zoodat het kerkbestuur zoude moeten bijbetalen 28. «Een ontwerp-overeenkomst in bovenbedoelden geest, «is opgemaakt en gaat hierbij.» 2. Ontwerp-contract. «Tusschen de ondergeteekenden Eduard Hendrik An- «tonius Guljé, burgemeester der gemeente Breda en «Antonius Roelandus Vermeulen, secretaris dier «gemeente, als vertegenwoordigende het college van bur- «gemeester en wethouders, namens die gemeente handelende «ter uitvoering van het besluit van den gemeenteraad van «den 1894, hetwelk is goedgekeurd bij besluit «van de Gedeputeerde Staten der provincie Noord-Brabant «van den 1894, ter eene zijde, en «Antonius Sciiellekens, voorzitter en Jacobus Jo- «hannes van Mierlo, loco-secretaris van het kerkbestuur «der Roomsch-Katholieke Parochie van de Heilige Barbara xte Breda, en als zoodanig dat kerkbestuur vertegenwoor- «digende, contractanten ter andere zijde, is overeenge- «komen als volgt: Artikel 1. «Contractanten ter eene zijde staan aan de contractanten «ter andere zijde af, welke laatsten verklaren te aanvaar- «den de eigendomsrechtenwelke de gemeente Breda bezit «op een gedeelte van het perceel, kadastraal bekend ge- «meente Breda, sectie A, n°. 2944 (kerk en erf), gelegen «aan de Princenkade te Breda, uitmakende den door

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 211