'218 2 Juni 1894. «Onder de uitgaven komt voor, in Januari: Contributie gasdirecteurenf 10.» «Indien hiermede bedoeld wordt een persoonlijke con tributie van den directeur aan een gezelschap van vak- «genooten, dan rijst de vraag of de gemeente een dergelijke «contributie moet betalen. »Onder de uitgaven van dezelfde maand komt voor: «Van Doesburghf 42.10 »Uit de betrekkelijke kwitantie is gebleken dat genoemd «bedrag besteed is aan werken over Gasbeleuchtung, enz. «Uwe commissie is van oordeel, dat eene uitgave voor «dat doel, niet door de gemeente geleden moet worden, «evenmin als in andere betrekkingen de noodige studie- werken door het rijk, de gemeente of welke andere «werkgevers ook, betaald worden. «Onder de uitgaven komt voor, in Februari: «Reiskosten directeur46. «Uwe commissie had gaarne een bewijsstuk aangetroffen, «waaruit haar duidelijk geworden was welke reis gedaan «en met welk doel zij gedaan is. «Onder de uitgaven komt voor, in Juli: «Reiskosten directeursvergadering f 53. «Uwe commissie is van meening dat die reiskosten niet «ten laste van de gemeente gebracht moeten worden. «Onder de ontvangsten komt voorin Mei «Gaskoolf 186. «Die post, slechts eenmaal in de rekening voorkomende, «werd niet volkomen begrepen. «Het oud ijzer is verkocht, gedeeltelijk aan Klep, ge deeltelijk aan Kooperberg. «Uwe commissie meende te weten dat dat verkoopen «bij gunning heeft plaats gehad. «Aangezien de twee verkoopen bedragen hebben op- «volgend de sommen van ƒ335 en ƒ226, komt openbare «inschrijving voortaan meer wenschelijk voor. «Dezelfde opmerking geldt voor de post afgewerkte ijzer waar de, ad ƒ1369.83.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 218