16 Juni 1894.
227
in den vorm van verlichting en van beweegkrachttegen
vergoeding, tot verbruik te verstrekkendat zij aan Z.E.
den minister van financiën een adres hebben ingediend,
waarvan een afschrift wordt overgelegd en waarbij ge
noemden minister wordt verzocht aan de bepalingen be
trekkelijk den verkoop van bouwterreinen in het nieuwe
park te Breda (blokken 27 en 28 der geslechte vesting-
gronden) te willen toevoegendat de koopers dier ter
reinen hunne huizen tot electrische verlichting en elec
trische beweegkracht kunnen aansluiten aan het op te
richten centraal-station bovengenoemddat de weg-
verlichting in het nieuwe park behoort aan de gemeente
Breda en het overweging verdient, of die verlichting aan
vankelijk met gas zal plaats hebben om later door electrisch
licht vervangen te worden, of wel dat terstond electrische
geleidingen door de gemeente zullen worden gelegddat
ingeval de Raad tot het laatste besluitadressanten de
gelegenheid bieden aan te sluiten aan het meergenoemde
centraal-station, met verzoek om bericht, of de gemeente
daartoetegen nader overeen te komen voorwaarden
bereid wordt gevonden.
De voorzitter stelt voor dit adres te stellen in
handen van burgemeester en wethouders, met
verzoek om prae-advies, waartoe besloten wordt.
7. Missive van de commissie voor de ambachtsschool
alhier, dato 4 Juni 1894, n°. 104, luidende als volgt:
«De commissie voor de ambachtsschool is, door ervaring,
»tot het besluit gekomen dat het wenschelijk is dat de
«artikelen 14 en 15 der verordening voor de ambachts-
«school, vastgesteld bij raadsbesluit van den 26en Juni
»1886, worden gewijzigd.
«De eerste alinea van art. 14 der verordening luidt als
«volgt:
»//e< schooljaar begint 1 Mei en eindigt 30 Aprih.