16 Juni 1894. 243 Art. 7. Bij eene vacature in het personeel der brandweer, zendt het zoo spoedig mogelijk eene aanbeveling aan burge meester en wethouders in. Art. 8. Het regelt den algemeenen dienst der brandweer en stelt, onder goedkeuring van burgemeester en wethoudersde instructiën voor het personeel der brandweer vast. Hoofdstuk II. Van het blusschen van brand. Art. 9. De gemeente wordt, met het oog op de werking der brandweer, verdeeld in vier of meer brandkringen, waar van de grenzen door burgemeester en wethouders in over leg met het college van brandmeesters worden vastgesteld. Art. 10. Het materieel van elk dier kringen zal bestaan uit minstens 1°. een stel brandspuiten met minstens 150 meter slangen 2°. een grooten slangenwagen met minstens 100 meter slangen 3°. een kleinen slangenwagen met minstens 90 meter slangen. Voorts zullen in elke bewaarplaats voorhanden zijn de noodige kleinere gereedschappenvolgens inventarisin elk dier bewaarplaatsen aanwezig. Art. 11. Behalve het reeds genoemde materieel zal er aanwezig zijn een wagen, voorzien van de noodige reddingstoestellen.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 243