14 Juli 1894.
267
«Het brandspuithuis bovengenoemd is eigendom derge-
»meente voor zooveel betreft de verdieping gelijkstraats.
«De daarop staande verdieping en een deel van het vroe-
»gere voor den bouw der kerk gesloopte woonhuis van
«mejuffr. Grootens, is eigendom der kerk.
)>Onder het brandspuithuis ligt het riool „de Oude Vest",
»In het riool aldaar hangt eene houten schuif, bestemd
«voor het spuien van het riool, waarvan het houten wind-
«werk tot op- en neerlaten van de schuif in het brand-
«spuithuis ligt en hangt.
«Bij overeenkomst gesloten tusschen burgemeester en
«wethouders van Breda van den 20sten Augustus 1890,
«krachtens raadsbesluit van den 12den Juni tevoren, en
«het Roomsch-Katholiek parochiaal kerkbestuur van Onze
«Lieve Vrouw Hemelvaart te Breda, is onder art. 1 be-
«paald dat het brandspuithuis bovengenoemd door het
«kerkbestuur geheel zal worden vernieuwd met eene boven-
«woning waarvan de opgang in den gevel van de Ginneken-
«straat zal komen en waartoe door de gemeente aan het
«kerkbestuur van het brandspuithuisje wordt afgestaan een
«strook, breed één meter tien centimeter, gemeten uit
«de binnenzijde van den zuidelijken gevelmuur.
«Volgens die gegevens heeft het kerkbestuur een paar
«bouwplannen laten opmaken, doch geen van beide hebben
«een bevredigend resultaat opgeleverd.
«Steeds was het blijven bestaan als brandspuitbergplaats
«in het middengedeelte een overwegend bezwaar.
«Het adres van het kerkbestuur om het brandspuithuis
«in eigendom te verkrijgen is daarvan het gevolg.
«Wordt tot den verkoop van het brandspuithuis volgens
«de concept-overeenkomst besloten, dan moeten de daarin
«staande brandspuiten naar eene andere bergplaats worden
«overgebracht en de schuif met windwerk worden ver-
«plaatst.
«Nu de nieuwe verordening op de brandweer eerlang
sin werking zal treden en in verband daarmede het ver-
