14 Juli 1894.
269
«wethouders, namens die gemeente handelende teruitvoe-
«ring van het besluit van den gemeenteraad van den
1894, hetwelk is goedgekeurd bij besluit
«van de Gedeputeerde Staten der provincie Noord-Brabant
«van den 1894;
«ter eene zijde, en
«Petrus Potters, voorzitter, en Petrus Leonardus
«Faes, secretaris van het kerkbestuur der Roomsch-Katho-
«lieke parochie van Onze Lieve Vrouw Hemelvaart te
Breda en als zoodanig dat kerkbestuur vertegenwoordigende,
«contractanten ter andere zijde;
Dzijn overeengekomen als volgt:
Art. 1.
«Contractanten ter eene zijde staan aan de contractanten
«ter andere zijde in eigendom af, welke laatsten verklaren
«in eigendom te aanvaarden de benedenverdieping van
«het brandspuithuis aan de Ginnekenstraatter plaatse
«genaamd «de Ginnekenbrug»kadastraal bekend sectie
»B, n°. 4106, blijvende de grond van genoemd kadastraal
«perceel belast met de erfdienstbaarheid van waterleiding
«door middel van een daaronder liggend riool, genaamd
»»de Oude Vest", en zijn de contractanten ter andere
«zijde en hunne rechtverkrijgenden verplicht alle aan dat
«riool te doene herstellingen te gedoogen, zonder eenig
«recht op schadevergoeding, ook al moeten daartoe de
«eventueel op dien grond staande getimmerten of beplan-
«tingen worden weggenomen.
Art. 2.
«Contractanten ter andere zijde of hunne rechtverkrij-
«genden verbinden zich binnen één jaar na de ondertee-
«kening van deze overeenkomst het gekochte met de daarop
