292
4 Augustus 1894.
«en wij in overweging geven burgemeester en wethouders
»te machtigen tot de uitvoering over te gaan."
De voorzitter betoogt de noodzakelijkheid tot het maken
van een nieuwen fmcaliënbak en wijst op den grooten
aanwezigen voorraad fiecaliëndie, tot behoud van de
hoeveelheid en de waarde, eene goede bewaarplaats vordert.
De heer Heijlaerts betwijfelt de noodzakelijkheid tot
het maken van den voorbedoelden bak niet, maar acht
beter een bak van grooter demensie, wanneer te veel
voorraad komt. Spreker voegt daarbij dat door hembij
gelegenheid dat hij zich ter plaatse van de gemeente
mestvaalt bevondbemerkt isdat een der groote bakken
lek is, en beveelt aan dat die ook van binnen worden
nagezien.
Verder niemand der leden het woord verlan
gende, wordt besloten, burgemeester en wethou
ders te machtigen tot het doen uitvoeren van
het werk en de kosten te dekken uit de onvoor
ziene uitgaven hoofdstuk VIIIart, 1dienst 1894.
11. Rapport van de bouwcommissie in zake den aanleg
eener nieuwe algemeene begraafplaats met lijkenhuis,
luidende als volgt:
sOm daarop te dienen van advies stelden heerenburge-
«meester en wethouders in onze handen een plan met
«bestek en teekeningen voor den aanleg eener algemeene
«begraafplaats met lijkenhuis op de daarvoor aangekochte
«gronden onder de gemeente GinneJcen ten zuiden van den
«rijksweg van Breda naar Tilburg.
«Het onderzoek der stukken heeft tot geene bedenkingen
«aanleiding gegeven en wij hebben de eer U voor te
«stellen die goed te keuren en burgemeester en wethouders
«te machtigen tot de besteding over te gaan."
De voorzitter zegt dat de zaak is van eenvoudigen aard
en stelt de bijbehoorende kaart in circulatie.