17 Februari 1894.
29
voor deze gemeentevan de in dat adres voorkomende
wenkenwellicht een nuttig gebruik te maken is.
De voorzitter zegtdat aan de bezwaren van
adressant reeds gedeeltelijk in het ontwerp der
algemeene politie-verordening wordt tegemoet
gekomenen geeft voorts in overwegingde
stukken in circulatie te stellen bij de leden, waar
toe besloten wordt.
9. Wordt gelezen het volgend ontwerp-besluit tot behoud
van den rente-standaard in de Bank van Leening in deze
gemeente, op 12 pet.
y>De lïaacl der gemeente Breda;
«Overwegende, dat bij Koninklijk besluit van den 2de°
«Januari J1891n°. 12is bewilligddat met ingang van
»1 April 1891 voor den tijd van drie jaren in de Bank van
«Leening alhier van de pandgevers een interest tegen
«twaalf ten honderd 's jaars van alle panden gevorderd wordt,
«en die tijd alzoo eindigt 1 April 1894;
«dat de Bank van Leening op den 31itea December 1893
»aan de gemeente schuldig bleef, op rekening van het
«crediet van ƒ25000, de som van ƒ21100, en dat van
«dit crediet tot het opgenomen bedrag vier ten honderd
»'s jaars interest aan de gemeente moet betaald worden;
«dat bovendien als bedrijfskapitaal in de fondsen der Bank
«zijn gestort, tegen eene rente van vijf ten honderd 's jaars,
«de borgtochten van den secretaris-schatter ad 2000 en
van den pandbewaarder ad 1000, samen 3000, wes-
halve de schuldenlast der Bank is 24100
«dat in 1893 bedroegen:
«de ontvangsten88321.695
«en de uitgaven- 87105.375
«Zoodat meer ontvangen dan uitgegeven werd J 1216.32,
«van welke som aan de gemeente een bedrag van ƒ793.325
«als rente van het verstrekt kapitaal moet uitgekeerd worden;
