1 September 1894.
Tegenwoordig al de leden, te weten de heeren:
B. C. VAN DONGEN, mr. A. REIGERSMAN, J. A. J.
W. VAN HAL, J. J. L. TEYCHINÉ, mr. W. INGEN-
HOUSZ, W. G. H. ROMBOUTS, K. G. OUKOOP, J. A.
VAN AKEN, J. E. VREEDE, F. J. M. HEIJLAERTS,
mr. M. VAN DAM, mr. P. BLOEMARTS, A. P. SCHEL-
TUS, H. A. SASSEN, J. LIJDSMAN, J. J. NELISSEN,
A. J. A. VERSCHRAAGE, mr. Th. MATHON en E.
H. A. GULJÉ, burgemeester, voorzitter.
De voorzitter zegt, dat, naar aanleiding van artikel 8
van het reglement van orde voor den gemeenteraad, de
notulen van het verhandelde in de vergadering van den
4. Augustus 1894 ter inzage voor de leden hebben gele
gen, en vraagt, of iemand der leden alsnog voorlezing
daarvan verlangt.
Dit niet het geval zijnde, worden de notulen
der voormelde vergadering goedgekeurd en vast
gesteld.
Vervolgens stelt de voorzitter aan de orde:
A. Ingekomen stukken.
1. Besluiten van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant
als:
a. dato 7 Augustus 1894, G, n°. 842® afdg3e bureau,
houdende goedkeuring van het raadsbesluit van 14
Juli 1894, strekkende tot het onderhands verpach
ten aan den heer mr. W. J. G, baron Van Oldeneel
tot Oldenzeel van het jachtrecht op de gronden,
gelegen ter plaatse genaamd sde lage heide» onder
de gemeente Oosterhout.
24