1 September 1894. 329 ■»Opmerkingen betreffende verschillende hoofdstukken, «Het heeft de aandacht van Uwe commissie getrokken, «dat in verschillende hoofdstukken der uitgaven deloonen «van zoogenaamde losse arbeiders, volgens een staat, wor- «den uitbetaald aan één persoon. Deze alleen geeft kwi- «tantie, doch de arbeiders teekenen niet voor richtige «ontvangst, zoodat de commissie niet kan beoordeelen, of «de arbeiders werkelijk hun loon van de gemeente hebben «ontvangen. Het komt de commissie wenschelijk en in het «belang eener goede administratie noodzakelijk voor, dat «ieder die iets van de gemeente ontvangt, daarvoor ook «persoonlijk kwijting geeft. ONTVANGSTEN. «Uwe commissie heeft in de verzamelstaten van de «ontvangsten eenige onnauwkeurigheden, waarschijnlijk «schrijffouten, aangetroffen, welke zij noodig oordeelt dat «hersteld worden. Hoofdstuk IVartikel 1. «Vergoeding van het Rijk voor de kosten van het lager «onderwijs, overgelegd in afschrift. Hierin wordt gesproken «van vergoeding over 1891 ad f 9966.G65. Dit moet zijn «over 1893 ad f 9666,66®. ^Hoofdstuk IIIartikel 3. «Ontvangen van het Rijk voor huur van de lokalen van het «ijkkantoor, voor den termijn van 1 Mei 1893 tot 30 April «1893. Dit moet zijn van 1 Mei 189230 April 1893. Hoofdstuk IIIartikel 3. «Huur van mej. Nijs van de lokalen boven het ijkkan- «toor van 1 November 189330 April 1893. Dit moet «zijn van 1 November 189230 April 1893, «Uwe commissie wil dit verslag niet eindigen dan na «een woord van hulde te hebben gebracht aan het ge- «meentebestuur voor de goede wijzewaarop de rekening «over 1893 is opgemaakt, en een woord van lof aan de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 329