17 Februari 1894.
33
Verschillende leden verklaren dit voorstel te
ondersteunen, dat vervolgens zonder hoofdelijke
stemming wordt aangenomen.
De heer Van Dam beveelt alsnog den voorzitter aan te
overwegen, of niet een ander uur dan het tegenwoordige
voor de gemeenteraadszittingen zou kunnen genomen wor
den. Spreker twijfelt niet, of dit zou ook meerderen leden
aangenaam zijn.
De voorzitter verklaart zich bereid ook laatstgenoemd
punt in overweging te nemen.
11. Adres van C. F. van Ginneken, particulier, en
G. van der Velden, aannemerbeiden wonende te Breda
daarbij te kennen gevende dat zij eigenaars zijn van
de perceelen grond, kadastraal bekend sectie D, nos.
4550 en 1548, welke gronden zijn gelegen aan den Dijk,
onder de gemeente Teteringen; dat langs de grens dier
perceelen 5 boomen staan, in eigendom behoorende aan
de gemeente Bredadat de wortels en takken dier boomen
minstens 2 meter in en over hunne perceelen komen,
waardoor eerstgenoemde adressant verhinderd wordt zijn
nieuw te bouwen huis op te trekken, terwijl ook de
andere adressant daarvan hinder ondervindt; met verzoek
die boomen zoo spoedig mogelijk onschadelijk voor hunne
perceelen te maken.
De voorzitter stelt voor dit adres te verzenden
aan burgemeester en wethouders tot onderzoek,
waartoe besloten wordt.
12. Missive van de commissie van toezicht op het mid
delbaar onderwijs alhier, dato 3 Februari 1894, daarbij
van advies dienende op het adres van den heer L. J. F.
E. von Ende, betrekkelijk de Hoogere Burgerschool.
Bedoeld advies is van den volgenden inhoud: