27 November 1894: 453 Volgnummer 166, art. 23. Toelage aan de Kamer van Koophandel. Door eene sectie werd voorgesteld om met het oog er op dat de kosten steeds hooger worden, de toelage voor de Kamer van Koophandel voor één jaar te verhoogen met f 75. Antwoord. Wanneer het blijken zal dat de Kamer van Koophandel en Fabrieken alhier een hoogere toelage noodig heeft, zal daaromtrent gaarne een voorstel aan den Raad geschieden. De heer Van Dongen zegt dat gebleken is dat de toelage over 1893 gansch niet voldoende is om de uitgaven over dat jaar te dekkenen in die omstandigheid de reden gelegen is, waarom het onderwerp in eene der sectiën besproken is. Enkel voor één jaar, voegt de heer Van Dongen er bij wordt de hoogere toelage gevraagd. De voorzitter meent dat de zitting eener sectie niet juist de gelegenheid aanbood om het onderwerp te bespreken en geeft den heer Van Dongen in overweging het daar heen te richten, dat de Kamer van Koophandel een adres indiene. De heer Van Dongen dankt den voorzitter voor den gegeven wenk. Volgnummer 170, art. 28. Verzekering van de gemeente arbeiders tegen invaliditeit en ongelukken. In eene sectie vond het uittrekken van een post wegens verzekering van de gemeente-arbeiders tegen invaliditeit en ongelukken algemeen bijval. Men stelde evenwel voor, dien post te brengen op f 500. Ook in eene andere afdeeling werd die post door alle leden goedgekeurd. Antwoord. Aanvankelijk waren burgemeester en wethouders werk zaam in die richting, dat de gasfabriek haar eigen personeel

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 453