460 45 December 1894. «De commissie vermeent ten aanzien van de vacantiên »van de straffen en de verder in den gemeenteraad aange- «voerde en door den voorzitter aan haar medegedeelde punten, «zich te kunnen refereeren aan het door haar vroeger inge- »diend rapport, onder verdere opmerking, dat deze onder- »werpen of wel geregeld zijn door het reglement, hetgeen »door den gemeenteraad is en wordt vastgesteld, óf wel van »paedagogisehen aard zijn en het wel geen betoog behoeft «dat eene schriftelijke gedachtenwisseling daarover niet wel «mogelijk is. De commissie van toezicht voor het middelbaar onderwijs te Breda: Ed. GUL JÉ, voorzitter. G. SIX, secretaris. EXTRACT uit de notulen der commissie van toezicht voor het middelbaar onderwijs te Breda. «Vergadering der commissie van toezicht voor het middel- «baar onderwijs te Breda, op Woensdag 9 Mei 1894, des «avonds te zeven uur. Tegenwoordig deheeren: E. Guljé, «voorzitter, dr. Bijnen, mr. Sassen, Koomans en de «secretaris. De notulen der vorige vergadering worden «voorgelezen en goedgekeurd. «Is ingekomen een schrijven van den directeur «der hoogere burgerschool, begeleidende een ontwerp- «programma der lessen aan de hoogere burgerschool voor «het schooljaar 1894(95, opgemaakt in overleg met de «leeraars. De directeur doet hierbij opmerken, dat, mocht «door eene eventueele verandering van het reglement der «school eene wijziging gebracht worden in de eischen van «het toelatings-examennog gehandhaafd zullen dienen te «blijven de eischen van het vigeerend programma, daar het «toelatings-examen spoedig zal plaats hebben en de candi- «daten sedert lang zich hebben voorbereid voor dat examen «volgens de bestaande voorschriften. De commissie was «eenstemmig van oordeel dat, zoolang het reglement niet

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Notulen van de gemeenteraad | 1894 | | pagina 460